Geschiedenis
Geschiedenis:
In 1923 kocht Gerrit Haagh de leerlooierij van C. Meyer, die op zijn beurt de zaak in 1919 had overgenomen van J.B. Theeuwes. In 1926 stapte Haagh over van plantaardig gelooid vetleer op chroomlooiïng. In 1942 werd de looierij door de Duitse bezetter stilgelegd. In 1948, toen er weer voldoende aanvoer van grondstoffen mogelijk was, liet Gerrit een nieuwe fabriek bouwen en specialiseerde hij zich op kledingleder. Zijn zonen Janus, Koos en Harrie namen het bedrijf over in 1959 en zetten het bedrijf op 1 juli 1961 om in een naamloze vennootschap. In het begin van de jaren zeventig stapten de gebroeders over op een besloten vennootschap, maar zetten de productie stil in 1972 om zich toe te leggen op het afwerken van leer voor derden. In 1981 werden de bedrijfsactiviteiten verkocht aan de Dongense leerlooier Pierre Driessen, die het afwerken van leer voortzette tot circa 2000. In 2013 werd het pand verkocht.
Op de foto vlnr J.Elissen, Jacobus Haagh, Hendrikus Haagh en moeder Adriana Cornelia Haagh-Leenaars. Bij de bouw van de nieuwe fabriek werden de oude stenen afgebikt voor hergebruik.